Tekst Maurits van den Toorn Beeld ANP Foto

Buitendijks en veilig?

Yes, we can!

De regio Rijnmond-Drechtsteden heeft grote buitendijkse gebieden waar veel mensen wonen en werken. Die gebieden hebben speciale aandacht nodig om ze zo goed mogelijk te beschermen tegen het water. Onlangs verscheen daarover de digitale publicatie Tien jaar werken aan buitendijkse waterveiligheid.

Hoogwater en overstromingen zijn een reëel risico in de regio Rijnmond-Drechtsteden

De buitendijkse gebieden hebben als het ware een speciale status: ze vallen niet onder het wettelijke beschermingsregime tegen hoogwater. Inwoners en gebruikers zijn zelf verantwoordelijk voor hun bescherming. Maar dat hoeven ze niet alleen te doen, verzekert Corjan Gebraad, strategisch adviseur stadsbeheer bij de gemeente Rotterdam. ‘In het kader van het Deltaprogramma is in 2014 de Voorkeursstrategie voor Waterveiligheid in de regio Rijnmond-Drechtsteden opgesteld.’

‘In hoeverre zijn inwoners bereid om zelf maatregelen te nemen?’

Adaptatiestrategieën De belangrijkste actie in 2014 was: inzicht krijgen in de opgave en een aanpak ontwikkelen. Gebraad: ‘We hebben onderscheid gemaakt tussen het havengebied, waarvoor het Havenbedrijf Rotterdam verantwoordelijk is, en de stedelijke gebieden die onder verantwoordelijkheid van de gemeenten vallen.’ Het Deltaprogramma fungeert daarbij als overkoepelende programmaorganisatie, de verschillende partners kunnen via het programma elkaars kennis gebruiken, vertelt Pieter Jacobs, programmamanager van het Deltaprogramma Rijnmond-Drechtsteden. ‘Vooral kleine gemeenten die zelf weinig capaciteit hebben worden daarmee geholpen.’ Gebraad: ‘Door het programma is brede samenwerking ontstaan, ook met de waterschappen. Ook al hebben zij geen directe verantwoordelijkheid bij het buitendijkse gebied, ze denken wel mee.’ Er zijn inmiddels zogenoemde adaptatiestrategieën ontwikkeld. Gebraad: ‘Zo heeft het Havenbedrijf gekeken wat het risico van een overstroming in een gebied is en heeft het samen met betrokken bedrijven een inventarisatie van passende maatregelen gemaakt. Tot slot is bepaald wat per gebied de voorkeur heeft. Voor stedelijke gebieden zijn zulke strategieën ook in ontwikkeling. Binnenkort zijn de Kop van Feijenoord en ook het Noordereiland aan de beurt. Alle opties staan open. Je kunt op het Noordereiland in Rotterdam een hoge kade aanleggen in de openbare ruimte – dat is een zaak voor de gemeente – maar je kunt ook maatregelen in of aan de huizen nemen, wat betekent dat je met de eigenaren om de tafel moet. Gelukkig zijn er veel woningen van corporaties, dus dat beperkt het aantal stakeholders.’

Ironie Gebraad: ‘We hebben ook onderzocht in hoeverre inwoners zelf bereid zijn om maatregelen te nemen. Dat bleek te verschillen al naargelang ze zich van het probleem bewust waren. De gemeente Dordrecht communiceerde al veel langer met de buitendijkse inwoners om duidelijk te maken wat de gemeente doet en wat inwoners zelf kunnen doen. Rotterdam heeft dat overgenomen; de inwoners van het Noordereiland waren zich al van het probleem bewust, want er staat regelmatig water op de kade, maar de Kop van Feijenoord is in geen decennia overstroomd en daar is dat bewustzijn er niet of nauwelijks.’ Jacobs noemt nog twee voorbeelden als illustratie van de uiteenlopende manieren om het probleem te lijf te gaan. ‘De Wilhelminahaven in Vlaardingen is een van de laagste buitendijkse gebieden in deze regio. De gemeente is nu samen met bewoners en bedrijven aan het kijken naar de beste ontwikkelingsmogelijkheden – er is ook nieuwbouw gepland – en naar manieren om de wateroverlast te verminderen. Een heel ander gebied is de Hollandse IJssel tussen Capelle en Gouda, waar dijkwoningen aan de buitendijkse kant staan. Er is een bewonersvereniging opgericht waar mensen ervaringen en ideeën uitwisselen, hoe ze bijvoorbeeld hun kelder zo goed mogelijk waterproof kunnen maken.’ Het is een van de manieren waarop “buitendijkers” omgaan met wateroverlast. Jacobs gaat verder: ‘Buitendijkse inwoners weten dat ze rekening moeten houden met wateroverlast. In Dordrecht staan de huizen al 500 jaar buitendijks; de inwoners zijn zich daar echt wel van bewust, juist omdat ze niet achter een hoge dijk zitten. Bij mensen die veilig achter een dijk wonen is er minder besef van de noodzaak van bescherming tegen het water, terwijl die juist daar heel hard nodig is.’ Want dat is de ironie van het verhaal: buitendijkse gebieden liggen hoger dan binnendijkse en zijn daardoor veiliger.

Tien jaar werken aan buitendijkse waterveiligheid is te downloaden op de website van het Nationaal Deltaprogramma.

Gerelateerde artikelen

Beoordeling primaire keringen De kust is veilig
Minister van IenW Mark Harbers 'Samen het verhaal van water vertellen'
Beleidstafel Wateroverlast en hoogwater Wijze lessen van hoge nood
Kamerleden aan het woord Verdringingsreeks

Deel dit artikel

◂ Inhoud