Tekst Jane Alblas Beeld Blonkfilm
Waterschappen aan de slag met de transitie van het landelijk gebied
In Nederland zijn we al een tijd bezig met de toekomst van het landelijk gebied. De waterschappen hebben haast, omdat een toekomstbestendig landelijk gebied noodzakelijk is voor goed waterbeheer. Vandaar dat zij een oproep doen om met kleine waterbeheermaatregelen snel resultaten te boeken op het gebied van natuurherstel.
Programmamanager FLPG Pieter Zondervan (l.) en Cees Pieter van Burgsteden van wetterskip Fryslân lopen in het Friese landelijke gebied, waar geen gebrek aan urgentie is
De transitie van het landelijk gebied is voor de waterschappen erg belangrijk. Enerzijds omdat een toekomstbestendige bodem de grootste handlanger is voor een waterbeheerder. Gezonde bodem houdt immers water vast als een spons. En die sponswerking hebben de waterschappen nodig om de gevolgen van extreem weer beter op te kunnen vangen. Anderzijds omdat 60 procent van de grond in Nederland in het bezit is van agrariërs. Voor de gezondheid van het water- en bodemsysteem is een toekomstgerichte agrarische sector noodzakelijk. ‘Water en bodem staan in Nederland onder druk en op veel plekken zijn de grenzen bereikt,’ zegt voorzitter van de Unie van Waterschappen Rogier van der Sande. ‘We hebben veel te lang gezegd: als het niet kan zoals wij vinden dat het moet, dan zorgen we wel voor een technische oplossing voor water- en bodemvraagstukken. Dat houdt op. Sterker: soms kunnen we het technisch niet eens meer oplossen. Maar het is ook vanuit maatschappelijk oogpunt financieel niet meer verantwoord. In plaats van ons land en watersysteem aan te passen aan onze wensen, moeten wij ons aanpassen aan de grenzen die bodem en water aan ons stellen.’
Sizzen is neat, mar dwaen is in ding Waar de transitie van het landelijk gebied echt niet kon wachten is in Friesland. Een combinatie van veengronden en verzilting maakt dat de toekomst van het landelijk gebied en haar gebruikers onder druk staat. Aan urgentie geen gebrek in Friesland en dat je bij er bij ingewikkelde vraagstukken samen uit kunt komen bewijst het Frysk Programma Landelijk Gebied (FLPG). ‘We hebben allerlei opgaven op het gebied van water, natuur en klimaatverandering. We willen daar graag beslissingen over nemen met oog voor het landschap. Hierbij zijn we op zoek gegaan naar een verstandig evenwicht tussen economie en ecologie,’ licht programmamanager Pieter Zondervan toe. ‘Er liggen heel veel wateropgaves. Het waterschap is daar een grote speler in, maar we kunnen het niet alleen. Dat moet samen met boeren en andere organisaties,’ vult Cees Pieter van Burgsteden, dagelijks bestuurslid van wetterskip Fryslân aan. ‘Het kan namelijk grote consequenties hebben. Denk aan het verhogen van peilen. Dat heeft consequenties voor de vruchtbaarheid van de grond en de opbrengsten van de grond. Daarom moet het systeem robuuster en toekomstbestendiger worden om aan alle wensen richting de toekomst te kunnen voldoen.’ Zondervan: ‘We zijn met het programma begonnen bij het verzamelen van opgaven en vanaf het begin ging dit zoals we in het Fries zeggen vanuit het mienskip. Dit gaan we samen doen. En we willen ook zo snel mogelijk samen dingen voor elkaar krijgen. Want zoals wij zeggen: sizzen is neat, mar dwaen is in ding. Je kunt er wel over praten, maar je moet iets doen.’ Lees het Frysk Programma Landelijk Gebied hier: https://www.fryslan.frl/frysk-programma-landelijk-gebied.
‘Ook demissionair kan een kabinet versnellen door een ferme draai te geven aan de Waterknop’
Nationaal Programma Landelijk Gebied Het rijk startte voor de transitie van het landelijk gebied een landelijk programma op: het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG). Hoe zorgen we dat de agrarische sector in Nederland toekomstperspectief krijgt en dat in Nederland de natuur hersteld kan worden en waterkwaliteitsdoelen kunnen worden gehaald? Geen eenvoudige puzzel. Het demissionaire kabinet worstelt er al sinds zijn aantrede in 2021 mee. Van der Sande: ‘Uitstellen van het aanpakken van de natuur, waterkwaliteit en klimaatverandering is niet langer mogelijk. Ook demissionair kan een kabinet versnellen door een ferme draai te geven aan de zogenoemde Waterknop. Dat zijn watermaatregelen die snel effect hebben op bijvoorbeeld het watervasthoudende vermogen van de bodem en natuur.’ Verdroging is naast stikstof een van de grote oorzaken van de achteruitgang van de natuur, maar geeft ook funderingsschade, bodemdaling, beperkte beschikbaarheid van drinkwater en zet de productie van de landbouw onder druk. Van der Sande: ‘Relatief eenvoudige watermaatregelen die helpen bij natuurherstel hebben snel effect. Denk bijvoorbeeld aan het flexibel omgaan met peilbeheer en het plaatsen van stuwen in sloten om water langer vast te houden. De waterschappen zijn betrokken bij de gebiedsprocessen van de provincies om deze kansen te verzilveren.’
‘Water verbindt en is de transitiemotor van het landelijk gebied’
Alles begint bij voldoende water In opdracht van de Unie van Waterschappen onderzocht STOWA die eenvoudige watermaatregelen die Van der Sande de Waterknop noemt. ‘Bij natuurherstel zijn diverse factoren van belang, waaronder voedselrijkdom (nutriënten), de zuurgraad en water. Maar ook de omvang van, en verbinding tussen natuurgebieden. Alle factoren moeten op orde zijn. Alleen werken aan stikstof is minder effectief als er onvoldoende water is, en andersom maakt droogtebestrijding de natuur minder gevoelig voor stikstof. Een gezonde bodem en een robuuste leefomgeving beginnen bij voldoende water,’ vat Joost Buntsma, directeur van STOWA, het rapport samen. Ook adviesbureaus Sweco, TAUW en Witteveen+Bos onderstrepen de effectiviteit van ingrijpen in het waterbeheer. ‘Hydrologische maatregelen dragen bij aan het weerbaarder maken van habitattypen en leefgebieden van soorten tegen stikstofdepositie. Indien hydrologische maatregelen buiten de Natura 2000-gebieden op de juiste locatie, juiste wijze en voldoende robuust worden uitgevoerd (juiste hoeveelheden water van goede kwaliteit) is dat goed voor stikstofgevoelige natuur.’
Water als transitiemotor De Unie van Waterschappen doet dan ook een oproep aan het rijk en de medeoverheden om deze maatregelen op de korte termijn in te zetten voor natuurherstel en het bieden van een toekomstperspectief voor de landbouw. ‘Waterschappen ervaren dat partijen in de regio zeer bereid zijn om met watermaatregelen aan de slag te gaan. Water verbindt, is tastbaar en heeft de potentie om de transitiemotor te zijn van het landelijke gebied,’ aldus Van der Sande. ‘Er zijn praktijkvoorbeelden te over die laten zien hoe snel juist watermaatregelen leiden tot verbeteringen: van bodemkwaliteit, van sponswerking, van natuur, van vermindering van CO2-uitstoot. De landbouw en natuur snakken naar een heldere richting voor de toekomst en een overheid die keuzes maakt. Laten we die keuzes met elkaar gaan maken en de middelen vrijmaken.’