Tekst Marjan van Wijngaarden

Beeld Dimitry de Bruin

Waterkracht

Rijn en IJssel toont lef met nieuwe grondstof

Kaumera wordt wereldwijd succes

Op 2 oktober 2019 werd Kaumera aan de wereld gepresenteerd in de Kaumera-fabriek van waterschap Rijn en IJssel in Zutphen. En ook in Epe staat inmiddels een Kaumera-fabriek, van waterschap Vallei en Veluwe. Kaumera is een grondstof die wordt gewonnen uit slibkorrels van Nereda-waterzuiveringen. Rudi Gerard, directeur van Rijn en IJssel, vertelt hoe het verhaal verder is gegaan. Dat doet hij samen met Niels van Stralen, directeur van ChainCraft.

Hoe is de samenwerking met ChainCraft tot stand gekomen? Rudi Gerard: ‘Samen met andere waterschappen, TU Delft, ingenieurs­bureau Royal HaskoningDHV en kennisinstituut STOWA hebben we Kaumera ontwikkeld. We konden het produceren, maar we hadden echt geen idee hoe je zo’n product in de markt zet. Dus gingen we op zoek naar een partij die dat wel kon en kwamen uit bij ChainCraft.’ Niels van Stralen: ‘Ons bedrijf richt zich op het omzetten van reststromen in biobased stoffen. We hebben veel kennis van energiezuinige scheidings­technologieën. We zijn een technisch bedrijf, maar we zijn ook commercieel. Dus hebben we onderzocht hoe we Kaumera zouden kunnen vermarkten. Uit het onderzoek bleek dat Kaumera veel potentie heeft als biostimulant, een product dat de groei en weerstand van planten positief beïnvloedt. Biostimulant op basis van Kaumera is zelfs duurzamer dan op basis van zeewier.’ Gerard: ‘Maar wij zeggen nu niet: ChainCraft, jullie moeten het maar verkopen en veel succes ermee. Dat werkt niet. Bovendien zijn de water­schappen er niet met alleen het openen van Kaumera-fabrieken. De zoektocht is nog gaande. Daarom bundelen we al onze kennis in de Kaumera Market Hub waarin alle betrokken partijen zijn vertegenwoordigd. We komen iedere week bij elkaar om te bespreken wat er speelt.’

­Zijn er door de samenwerking al resultaten geboekt? Van Stralen: ‘In december hebben we samen met Royal HaskoningDHV een contract gesloten met Koppert Biological Systems voor samenwerking in het toepassen van Kaumera als biostimulant. Voor ons is de landbouwtoepassing van Kaumera momenteel het belangrijkste. Wij zien daar echt commerciële kansen.’ Gerard: ‘We hebben gekeken voor welke toepassingen Kaumera nog meer kansrijk is. We kwamen op wel vijftien ideeën. Maar producenten willen eerst bewijs dat iets werkt en dat kost veel geld. We moeten dus kiezen. Maar door de samenwerking met Koppert hebben we de eerste afzet. Dat kan gaan werken als vliegwiel.’ Van Stralen: ‘Er zijn van die vijftien ideeën wel een aantal veelbelovend. Kaumera als coating voor beton, of als brandwereld middel, of als pasta voor 3D-printers.’ Gerard: ‘Soms organiseren we een prijsvraag: hier heb je Kaumera, wat kun je ermee? Zo hebben studenten van de TU Delft van Kaumera kunstleer gemaakt.’ Van Stralen: ‘Maar dat is meer een vingeroefening. Je gaat er de wereld niet mee veroveren. We richten ons nu op de meest kansrijke ideeën. De schoorsteen moet immers roken. En die rookt vooralsnog maar een klein beetje: Kaumera is nog niet winstgevend.’

Wat zijn jullie toekomstplannen voor Kaumera? Van Stralen: ‘Het internationale potentieel is heel interessant. We kijken samen met Royal HaskoningDHV naar mogelijk­heden om Kaumera wereldwijd uit te rollen. Als we lokaal kunnen produceren, besparen we transport­kosten. Dat is een duurzame oplossing.’ Gerard: ‘We hadden onlangs al delegaties uit Brazilië en uit Kazachstan op bezoek die de fabriek kwamen bekijken. Als waterschap kunnen we in die landen geen Kaumera verkopen. Maar ChainCraft kan dat wel.’

‘Als je kennis mist, zoek er dan een partner bij’

Wat kunnen andere waterschappen van jullie leren? Gerard: ‘Als je met zoiets groots aan de slag gaat, moet je beseffen dat je het niet alleen kunt. Kijk vooral wie je nodig hebt om succes te hebben. En dat is best spannend. Toen ChainCraft erbij kwam, hebben we ook weleens gedacht: wij hebben al het werk gedaan en straks gaan zij er misschien wel mee vandoor. Je moet elkaar dus vertrouwen. Maar ook niet naïef zijn: je moet samen opbouwen.’ Van Stralen: ‘We hebben daarom ieders belangen en doelen besproken. We zijn nu al een tijd onderweg. Het vertrouwen is gekweekt.’ Gerard: ‘En als je bepaalde kennis mist, zoek er dan nog een partner bij. En zorg dat die partner en jij een gedeelde ambitie hebben. Wij hadden ook naar Shell of DSM kunnen stappen. Maar ChainCraft deelt ons gedachtegoed. Tot slot is er voor succes natuurlijk ook bestuurlijk lef nodig. Ik ben er trots op dat ons bestuur dat heeft.’

Hoe kijken jullie terug op de afgelopen tweeënhalf jaar? Van Stralen: ‘Het is een traject waar je een lange adem voor nodig hebt. Er zijn veel hindernissen. Denk aan de juridische status van Kaumera. Het “einde-afvaldossier” heeft veel tijd gekost. Die lange adem is ook nodig voor de financiële kant, de techniek, het vermarkten...’ Gerard: ‘Maar de gezamenlijke overtuiging om er een succes van te maken, helpt daarbij. We geloven in circulariteit en dat we iets goeds in handen hebben. De Amerikanen hadden in de jaren zestig het duidelijke doel: we gaan naar de maan. Wij zeggen: Kaumera wordt een wereldwijd succes. Dat gaat ons lukken.’

Deel dit artikel