Column Annemieke Nijhof

Dapper leiderschap

Dit jaar mag ik weer juryvoorzitter zijn van de Waterinnovatieprijs. Ik doe dat altijd met veel plezier omdat het mij een inkijkje geeft in de vernieuwingsdrang van de watersector. Na het doornemen van de inzendingen en het bekijken van de leuke filmpjes is mijn trots flink toegenomen. Ik vind veel inzendingen echt ingenieus: als ingenieur kan ik ontroerd raken van ogenschijnlijk simpele vindingen. Veel inzendingen tonen wat de digitale revolutie aan mogelijkheden biedt. Wat ik ook mooi vind, is hoe de energietransitie en het denken in circulariteit een bron van vernieuwing zijn. De inzendingen tonen een breed palet aan pilots om energie te besparen, op te wekken, te hergebruiken en de zorg voor waterkwaliteit te koppelen aan terugwinning van waardevolle grondstoffen. De watersector wordt steeds meer een duurzaamheidssector.

Even belangrijk is de rol die de waterschappen, Rijkswaterstaat en drinkwaterbedrijven spelen om nieuwe dingen uit te proberen. Het is tegenwoordig heel gemakkelijk om voorbeelden te vinden van falend overheidsbeleid, falende uitvoering en mislukte pogingen tot vernieuwing. In de watersector vinden we het vanzelfsprekend dat publieke partijen mee ontwikkelen, uitproberen en risicodragend nieuwe dingen lanceren. Ik vind dat we samen meer uit moeten dragen dat de watersector innovatief is en zijn uitvoering van taken heel goed op orde heeft. Want ook de watersector moet blijven werken aan vertrouwen. Dat brengt me bij wat ik niet gezien heb onder de inzendingen voor de Waterinnovatieprijs. Een jaar geleden vroeg het Water Governance Tijdschrift mij of ook de watersector door een transitie moest gaan. Mijn antwoord ging niet over de technische innovaties of de bijdrage van water aan de energie-, biodiversiteits- of grondstoffentransitie. Mijn antwoord ging over de rol van water in de ruimtelijke transformatie van Nederland. We roepen immers al 25 jaar dat bodem en water meer sturend moeten zijn in de ruimtelijke ordening. Maar zijn we ook succesvol? Realiseren we ons dat dit iets anders van ons vraagt: niet alleen in de vertaling van onze kennis naar ruimtelijke mogelijkheden en onmogelijkheden, maar ook hoe wij de arena van belangen betreden.

De inzendingen van de Waterinnovatie­prijs tonen de sterktes van de water­sector: we lossen met techniek ontzettend veel op en creëren steeds nieuwe mogelijkheden. Maar deze can do-mentaliteit zorgt ook dat de samen­leving erop rekent dat we alles wel oplossen. We zullen de maatschappelijke dialoog moeten starten over de waarde van water, de verdeling van kosten en risico’s en het belang van volhoudbaarheid van onze inrichting in het licht van de diepe onzekerheid als gevolg van klimaat­verandering. De Waterinnovatie­prijs moet volgende keer wellicht gaan over innovatieve verbindingen met de financiële sector en met maat­schappelijke dialogen, over voorbeelden van effectieve ruimtelijke beïnvloeding. En over de uitdagingen van de onzeker­heden op lange termijn en wat dat voor vandaag en morgen betekent. Over dapper leiderschap vanuit de watersector om de stem van klimaatadaptatie luid en duidelijk te laten doorklinken in wezenlijke beslissingen over de toekomst van onze delta.

Annemieke Nijhof is algemeen directeur van Deltares en voorzitter van de jury van de Waterinnovatieprijs.

Gerelateerde artikelen

Deel dit artikel