Tekst Jelle van der Meulen

Beeld Merlin Daleman en PBL

Op zoek naar veilige grond en een gelukkig leven

Water wijst de weg

Rogier van der Sande: ‘Om het waterbelang te waarborgen moeten waterschappen vanaf dag 1 betrokken worden bij gebiedsontwikkeling en grondexploitatie’

Water moet leidend worden bij de ruimtelijke inrichting van Nederland. Gebeurt dat niet, dan krijgen we te maken met grote overlast en enorme kosten. ‘We moeten nu extra investeren om groter leed in de toekomst te voorkomen.’

De toch al schaarse ruimte in Nederland staat onder druk. Natuur moet nodig behouden en hersteld worden, landbouw en andere vormen van bedrijvigheid gebruiken grote stukken land en we hebben volgens schattingen een miljoen nieuwe woningen nodig. Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen, ziet dat de discussie rondom ruimtelijke inrichting zich vooral concentreert op woningbouw. ‘Maar er is meer. We moeten zaken slim combineren en daarbij een belangrijke factor niet vergeten: water. Neem je water niet als leidend principe bij de ruimtelijke inrichting, dan krijg je natte voeten en smerig water en betalen we ons op den duur blauw voor een ongelukkig leven.’

‘We moeten niet dezelfde fouten maken als vroeger’

Benutting en bescherming De recente overstromingen in Limburg, België en Duitsland en de apocalyptische bosbranden in Zuid-Europa laten zien dat de desastreuze gevolgen van klimaatverandering sneller op ons afkomen dan tevoren werd ingeschat. Uit een begin augustus gepubliceerd rapport van het Intergovernmental Panel on Climate Change wordt duidelijk dat klimaatverandering leidt tot fors meer weersextremen en dat ingrijpende maatregelen snel nodig zijn. Het veranderende klimaat beïnvloedt ons (potentiële) gebruik van de ruimte. ‘We lopen in Nederland momenteel al aan tegen de grenzen van de benutting van onze leefomgeving,’ zegt Hans Mommaas, directeur van het Planbureau voor de Leefomgeving. In Nederland is er volgens hem altijd een cyclische ontwikkeling geweest waarin we het land eerst uitputten, waardoor vervolgens problemen ontstaan. ‘Denk aan het afsteken van turf vroeger, waardoor meren ontstonden, die we hebben moeten droogleggen. Momenteel blijven we zitten met veel water, terwijl we op andere plekken te maken hebben met verdroging. We staan voor grote opgaven, en dat betekent dat we de relatie tussen benutting en bescherming van de natuur moeten herijken.’

Slim bouwen In het spanningsveld tussen benutting en bescherming strijden verschillende belangen om voorrang. Woningbouw lijkt momenteel het hoogst op de agenda te staan. Dat is begrijpelijk, zegt Van der Sande, maar als we veel gaan bouwen, moeten we het vooral slim doen. ‘Om het waterbelang te waarborgen moeten waterschappen vanaf dag 1 betrokken worden bij gebiedsontwikkeling en grondexploitatie.’ Een watertoets zou daarbij kunnen helpen. Daarmee worden alle waterhuishoudkundige aspecten meegenomen in het ontwerp van een wijk of blok woningen. Nieuwe projecten zullen aan een aantal minimumvoorwaarden moeten voldoen, meent hij. ‘Bedrijven moeten volgens de regels al kiezen voor de best beschikbare techniek, om emissies en milieuschade te voorkomen. Dat zou je ook bij gebiedsontwikkeling moeten doen: ontwikkelaars - publiek of privaat - zouden de voor het water- en bodemsysteem best beschikbare techniek moeten hanteren.’

‘Meebewegen met de natuur is leidend’

Zuiniger Hij waarschuwt om daarbij niet dezelfde fouten te maken als vroeger. ‘We moeten niet blijven bouwen op slappe bodems, maar veilige grond vinden voor al die woningen. Natuurlijk zul je niet alleen maar ideale locaties hebben, zeker in het westen van het land dat zich onder het NAP bevindt. Maar ook op een minder ideale locatie moeten we zo water- en bodemrobuust als mogelijk bouwen.’ ‘Verder moet er simpelweg voldoende ruimte zijn voor water in elk gebied,’ vervolgt hij. ‘Dat kan 15 procent zijn, of 25, dat ligt maar net aan de omstandigheden. En het water dient voldoende vastgehouden te worden en er dient zuiniger te worden omgegaan met water. Er zijn veel technieken om dat te regelen: extra water opslaan onder wegen of de aanleg van buffers, en om minder water te gebruiken kunnen we water hergebruiken binnen woningen en gebruikmaken van nieuwe sanitatiemogelijkheden. Bij nieuwbouwwijken is het van essentieel belang dat je de best beschikbare technieken eist. Je spant het paard achter de wagen als je dat niet doet. Nu gaat dat inderdaad extra kosten opleveren, maar in de toekomst scheelt het alleen maar geld.’

Hans Mommaas: 'We hebben in Nederland een traditie waarin we onszelf boven de natuur konden stellen’

Economische draai Slim bouwen met oog voor water en natuur past in de transitie naar een duurzame economie. Dat is nogal een opgave, maar die kan ons veel opleveren, denkt Mommaas. ‘De fossiele industrie is enorm in Nederland, de landbouw loopt tegen haar grenzen aan, we importeren nog ontzaglijk veel olie: daarin zullen we een draai moeten maken. En in die draai vinden we nieuwe bronnen van economische groei. Groei heeft in dezen niet alleen te maken met kwantiteit, maar ook met kwaliteit. Je kunt ook economische meerwaarde creëren door kwaliteit toe te voegen aan producten.’ ‘We hebben in Nederland een traditie waarin we onszelf boven de natuur konden stellen,’ zegt Mommaas. ‘Wij zouden de natuur wel even kunnen temmen, was lang de gedachte. Maar nu komen we tot het inzicht dat we er niet komen met alleen een technische manier van kijken. We moeten gaan meebewegen met de natuur. Denk aan ruimte voor rivieren, bufferzones in je landschap of misschien een meer meanderende zeekust, met eilanden die water kunnen opvangen.’ Van der Sande en Mommaas menen dat water als leidend principe zowel op rijks- als op decentraal niveau vorm moet krijgen. Mommaas ageert tegen de vaak zwart-witte voorstelling van zaken in de discussie. ‘Het is niet of top-down of bottom-up. Het is zaak voorbij die schijnbare tegenstelling te komen en juist meer opgavegestuurd te denken. We hebben decentraal en centraal allebei nodig. Centraal geeft een wenkend perspectief, met continuïteit en kaders die richting aangeven. Het waterprobleem ziet er in het ene gebied totaal anders uit dan in het andere. Voor het vinden van samenhang met verschillende regionale omstandigheden kom je op het decentrale niveau.’

‘Geen doemscenario maar een bewust­wordingsverhaal’

Bewustwording Hoewel de ruimteproblematiek niet langer kan wachten, komt er in ieder geval geen nieuwe regelgeving zolang er geen nieuw kabinet is geformeerd. ‘Maar wij wachten niet op de formatie,’ zegt Van der Sande. ‘We blijven bezig politiek draagvlak te creëren voor een sterkere rol van water in de ruimtelijke inrichting van ons land. Iedere dag is er voor ons eentje om dat draagvlak te vergroten. Kijk je naar de feiten en de gebeurtenissen van afgelopen zomer, dan zie je dat het vraagstuk niet alleen urgent, maar ook acuut is. Het bleef voorheen vaak abstract, maar we moeten nu komen tot andere regels en ander gedrag. Dat is geen doemscenario maar een bewustwordingsverhaal, dat wij waterschappers zullen blijven vertellen.’

image

Gerelateerde artikelen

Deel dit artikel