Tekst Harmke Berghuis Beeld Charlotte van Egmond/EO

Interview

‘Iets helder uitleggen is ontzettend hard werken’

Hofnar en NRC-columnist Japke-d. Bouma schreef een nieuw boek, haar zesde: Hoe vind je zélf dat het gaat? Daarin geeft ze tips voor op het werk, maar gaat ze ook de heilige strijd met jeukwoorden aan. Hoeveel jeukwoorden worden er bij de waterschappen eigenlijk gebruikt? ‘Effluent? Zo’n woord mag in ieder geval niet op websites, in persberichten of het Journaal zonder uitleg. Ik heb geen idee wat het is.’

Je hebt al eens over de waterschappen geschreven? ‘Ja, rond de waterschapsverkiezingen. Dat is niet in dit boek terechtgekomen omdat ik het een te smal onderwerp vond voor het grote publiek. Maar veel van de verschrikkelijke woorden die bij jullie spelen, spelen natuurlijk overal. Meekoppelkansen bijvoorbeeld. Dat is toch gewoon: zo efficiënt mogelijk. Of: zoveel mogelijk problemen tegelijk oplossen.’ ‘Elke sector heeft zijn eigen taal. In de ene is dat problematischer dan de andere. Als je je bezighoudt met wiskunde of rocket science is het niet zo’n groot probleem, want weinig mensen hebben er dagelijks mee te maken. Maar als je met burgers, patiënten, leerlingen, of in mijn geval lezers, te maken hebt, dan is het je heilige plicht om niet in jargon te spreken – ook niet onderling met collega’s. Want het komt uiteindelijk toch bij de mensen terecht voor wie je je werkt doet. Jargon is net een soort coronavirus. Het verspreidt zich onverbiddelijk.’

Is er een verschil tussen managementtaal en het technisch jargon dat waterschappers onderling gebruiken? ‘Mensen zeggen vaak: vakjargon, daar kun je toch niet onderuit? Wat een gemakzucht! Kijk eens naar artsen. Die moeten elke dag aan patiënten uitleggen wat ze mankeert. Ze kunnen het zich niet veroorloven om dat in vakjargon te doen. Ik vind dat dat geldt voor alle vakmensen.’ ‘Ik probeer mensen een spiegel voor te houden. Als je nou een paar keer per dag bedenkt: hoe zou ik dit duidelijker uit kunnen leggen aan de burger? Dan ben ik al tevreden. Het gaat om de bewustwording. Ik krijg vaak het verwijt dat ik alles in jip-en-janneketaal wil verwoorden. Nee, dat is niet zo. Ik wil duidelijke taal, geen jip-en-janneketaal; dat is voor kleuters.’

‘Geleuter in vage termen is het gemakkelijkste wat er is’

Wat vind je bijvoorbeeld van de woorden beregeningsverbod of een stroomgebiedbeheerplan? ‘Dat beregeningsverbod is wel eentje waar ik gelijk op aansla. Want die krijgt de burger ook voor zijn kiezen. Noem het een verbod op sproeien of op planten water geven. Dat snapt iedereen meteen. En een – hoe zei je ook weer dat het heette? Stroomgebiedbeheerplan? Dat lijkt me toch gewoon een plan voor het water in een bepaald gebied.’ Effluent? ‘Zo’n woord mag in ieder geval niet op websites, in persberichten of het Journaal zonder uitleg. Ik heb geen idee wat het is.’

Japke-d. Bouma: ‘Ik ben iemand die zegt: dit is niet duidelijk, waarom doen we dit al jaren zo, kan dat niet anders?’

En de term hoogheemraadschap? ‘Tja. Zo heet dat instituut nu eenmaal. Net zoals de Eerste en de Tweede Kamer. Of de Provinciale Staten. Op een gegeven moment moet je wel bepaalde woorden hebben als basis, anders wordt het misschien wel nog ingewikkelder.’ Soms voelen werknemers zich minder serieus genomen door collega’s als ze een simpeler woord gebruiken. ‘Dus dan hangt je geloofwaardigheid af van de mate waarin je ingewikkelde termen gebruikt? Dat is wel een sombere conclusie, als je het daarvan moet hebben. Het is voor Nederlanders belangrijk dat we niet onder water komen te staan, dat we schoon water hebben en voldoende water in droge tijden. Als je dat als waterschapper niet spannend genoeg vindt klinken, moet je misschien een andere baan zoeken. Met woorden waar echt niemand iets van begrijpt.’

In je boek schrijf je over het ergste milieujargon: duurzaam, circulair en klimaatneutraal. Oeps, daar maken waterschappen zich dagelijks schuldig aan. ‘Ah mooi, dus jullie staan toch in mijn boek.’ Maar hoe kunnen ze dat beter doen? ‘Het zijn eigenlijk allemaal leugens, zoveel heb ik nog wel van natuurkunde meegekregen. Niets is helemaal duurzaam, circulair of klimaatneutraal. Er is altijd energieverlies. Als het de lading niet helemaal dekt, moet je er een andere beschrijving voor vinden. Zeg dan: zuiniger produceren. Of: we willen minder afval of minder energie gaan gebruiken. Het gaat om eerlijk zijn tegen de burger.’ ‘Zo is bomen kappen zogenaamd duurzaam. Dat noemen we dan biomassa. Nee: je kapt gewoon bomen om ze vervolgens te verbranden voor energie.’

‘Ik wil duidelijke taal, geen jip-en-janneketaal’

De waterschappen werken toe naar 100 procent energieneutraal in 2025. Mogen ze dat niet zeggen? ‘Je bedoelt dus dat je meer energie genereert dan je verbruikt? Zeg dan: de waterschappen leveren meer energie dan ze opmaken. Dan snapt iedereen wat je bedoelt. En je maakt duidelijk: de waterschappen verbruiken nog steeds energie.’ Waar gaat je boek nog meer over? ‘Het gaat over werk, in de meest brede zin van het woord. Bijvoorbeeld over werken in kantoortuinen en thuiswerken door corona, over de groepsapp, over vacatures, over de kerstborrel en bedrijfsuitjes. De toon van mijn boek is humoristisch, zo is het tenminste bedoeld. Maar er is ook een serieuze ondertoon: we moeten uitkijken dat we niet overspannen raken, onze autonomie bewaken. Ons niet laten meeslepen door allerlei verschrikkelijke managementhypes, saaie vergaderingen en overvolle mailboxen die ons werk vergallen en slechter maken.’

Er zijn vast veel mensen die je dankbaar zijn voor je werk. ‘Haha dankjewel! Ik hoop dat ze dat zo voelen. Daar doe ik het voor. Ik ben de hofnar die namens heel veel mensen vervelend loopt te doen tegen de baas en kritische vragen blijft stellen. Als je vroeger een echt goede koning was, zorgde je dat je een hofnar had. Zodat je werd tegengesproken. Daar wordt elke machthebber beter van. Ik ben iemand die zegt: dit is niet duidelijk, waarom doen we dit al jaren zo, kan dat niet anders? Iemand die eromheen danst in zijn rare pakje. Als je een goede baas bent, vind je dat geen probleem. De hofnar wordt pas een probleem als je het eigenlijk zelf ook niet weet.’ ‘Weet je, iets helder uitleggen zodat iedereen het snapt, is het moeilijkste wat er is. Dat is ontzettend hard werken. In jeukwoorden praten, geleuter in vage termen, dat is het gemakkelijkste wat er is. En daarom doen mensen het ook.’

Volg Japke-d. op Twitter via @Japked

Gerelateerde artikelen

Deel dit artikel