Tekst Marjan van Wijngaarden

Beeld Dimitry de Bruin

Waterkracht

‘Harder of zachter pompen werkt hier niet’

Droogte op de hoge zandgronden

Nederland. Een laaggelegen land, vechtend tegen het hoge water. Dat is het stereotiepe beeld dat iedereen in binnen- en buitenland heeft. Waterschappen schaken op meerdere borden: hoogwater en droogteproblemen bestonden de afgelopen maanden naast elkaar. Op de hoge zandgronden van waterschap Vechtstromen is de strijd tegen droogte aan de orde van de dag. Strategisch adviseur Bas Worm en droogtecoördinator Robert de Lenne van waterschap Vechtstromen weten er alles van.

Waarin verschilt jullie waterschap van veel andere waterschappen?

De Lenne: ‘Het gebied van waterschap Vechtstromen ligt tot maar liefst 80 meter boven zeeniveau. Daarom kwam de droogte van de afgelopen 2 jaar bij ons harder aan dan in de meeste andere gebieden in Nederland. Je kunt water immers niet “tegen de helling op” aanvoeren. Voor de lager gelegen gebieden kunnen we water met gemalen oppompen vanuit de IJssel en het IJsselmeer. Voor de hoger gelegen gebieden moeten we het doen met de regen die valt.’

Worm: ‘Zie de bodem maar als een spons die zich in de herfst en winter vult met regenwater en die in het voorjaar en zomer steeds droger wordt. In 2018 en 2019 viel er zo weinig regen, dat de spons volledig werd uitgewrongen. We waren het droogste plekje van Nederland: we hadden een neerslagtekort van 350 millimeter. De landbouw en de natuur kregen zo 2 jaar achter elkaar een grote klap.’

Welke maatregelen namen jullie tijdens de droogte?

Worm: ‘We doen natuurlijk veel. Een paar voorbeelden: veel kleine beekjes en sloten worden door particulieren beheerd. We hebben hun gevraagd om het water dat er was zo goed mogelijk vast te houden door bijvoorbeeld zandzakken en schotten voor de duikers te plaatsen.’

De Lenne: ‘En voor de niet-wateraanvoergebieden hebben we het maaibeheer in het voorjaar uitgesteld. Planten langs beekjes en stromen remmen het wegstromen van water. Dat zorgt voor een hoger waterpeil. Zo houden we meer water vast en kan de spons zich beter vullen.’

Worm: ‘Ook geven we boeren subsidie om hun grondwaterpompen te verplaatsen als die binnen 200 meter van een kwetsbaar natuurgebied liggen. Zo proberen we op heel veel verschillende manieren de droogte te lijf te gaan.’

‘Bewustwording is de grootste winst van de droogte’

Jullie werken dus samen met andere partijen, zoals boeren of landeigenaren. Loopt dat goed?

Worm: ‘Soms is dat een uitdaging. Zo hadden we bedacht om een aantal beken iets minder diep te maken. Daardoor voeren ze minder water af en blijft het grondwater beter op peil. Gevolg is wel dat de direct aanliggende stukken grond bij veel neerslag meer kans hebben op wateroverlast. Daar zijn de agrariërs dan minder blij mee. Maar als je uitlegt waarom het nodig is, begrijpen ze het wel.’

De Lenne: ‘Het voordeel van dat “verondiepen” van beken is dat de grond in de zomer minder snel uitdroogt. En dat ene lage stuk grond wordt dan misschien wel te nat of overstroomt wat vaker, maar de hoger liggende percelen zijn beter te gebruiken. Achteraf zijn de betrokkenen toch tevreden.’

Levert de droogte ook nog iets goeds op?

Worm: ‘Voor ons is bewustwording de grootste winst van de droogte. Veel van onze belanghebbenden, zoals agrariërs, burgers en natuurbeheerders, hebben de droogte de afgelopen jaren bewust ervaren. Als je ze vervolgens meeneemt in je verhaal en uitlegt wat wij doen, dan snappen ze dat.’

De Lenne: ‘Ook hebben we geleerd dat we op de hoge zandgronden bij droogte creatiever moeten zijn dan in andere gebieden in Nederland, omdat er minder “gewone” oplossingen zijn. Harder of zachter pompen, of de stuw wat omhoog of omlaag: dat werkt hier maar heel beperkt.’

Worm: ‘Er zijn ook grenzen aan wat we kunnen doen. We hebben altijd te maken met de grillen van de natuur. Dus is ook acceptatie belangrijk: soms is het te droog en soms is het te nat. Niet alles is maakbaar.’

‘Er zijn grenzen aan wat we kunnen doen’

Kijken jullie met angst en beven uit naar de zomer van 2020?

De Lenne: ‘Haha, nee hoor. We hebben de afgelopen 2 jaar veel geleerd over droogte. In 2019 hebben we dingen alweer anders aangepakt dan in 2018. Als ook dit jaar droog wordt, putten we ongetwijfeld uit de lessen van 2019. Maar belangrijk is dat we niet alleen naar de korte termijn kijken, maar ook verder werken aan een watersysteem dat beter is ingericht op droge tijden én op periodes met veel neerslag. Maar dat is een kwestie van lange adem. Stap voor stap, project voor project.’

Worm: ‘Water afvoeren zit van oudsher in het dna van waterschappen; water vasthouden nog wat minder. Maar minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat heeft gezegd dat Nederland wereldkampioen water vasthouden moet worden. Dat is de uitdaging waar we voor staan.’

In dit filmpje van zomer 2019 vertelt Robert de Lenne over de gevolgen van langdurige droogte

Deel dit artikel