Tekst Saskia de Goeij Beeld Kick Smeets
Vallei en Veluwe gaat voor maatschappelijke impact
Proeftuin Kerschoten zit er warmpjes bij
Waterschappen zoeken steeds meer naar duurzame oplossingen. Eén daarvan is aquathermie uit effluent (TEA). Het gezuiverde restwater van de rioolwaterzuivering (rwzi) wordt via een warmtewisselaar en een warmtepomp verwarmd tot 70 graden en getransporteerd naar een woonwijk via een warmtenet. Een goed voorbeeld is de wijk Kerschoten in Apeldoorn.
In de wijk Kerschoten in Apeldoorn doet men er alles aan om van het aardgas af te komen
Waterschap Vallei en Veluwe werkt samen met de gemeente en Firan (dochterondernemer van Alliander, specialist in infra voor nieuwe energie) om Kerschoten aardgasvrij te maken. Ook drie woningcorporaties, een scholengemeenschap, een warmteproducent en een warmteleverancier maken deel uit van de samenwerking. Het doel van het project is om een warmtenet aan te leggen om de oudere gebouwen en woningen te voorzien van warmte. De betrokken partijen werken momenteel ook aan een aantrekkelijk aanbod voor bewoners en bedrijven.
‘Je moet met tegenslagen om kunnen gaan’
Warmtebuffer ‘Wij zijn de grootste producent van biogas onder de waterschappen,’ vertelt Patrick Blom, programmamanager Duurzaam Vernieuwen bij Vallei en Veluwe. ‘Met onze 22 miljoen m3 aan biogas kunnen we zo’n 10.000 woningen verwarmen. Maar met het effluent van de rwzi in Apeldoorn kunnen we technisch gezien al 25.000 woningen verwarmen. Dat geeft aan hoe belangrijk de inzet van waterschappen is op dit terrein.’ Hoe ziet de inzet van Vallei en Veluwe er in het geval van Kerschoten uit? Blom: ‘We brengen kennis en ervaringen met aquathermie in en adviseren over de engineering en de benodigde installaties. In overleg worden risico’s en kansen in beeld gebracht. Ook worden contracten voorbereid die de onttrekking van warmte uit het effluent toelaten zonder effect te hebben op het primaire proces op de rwzi.’ Het waterschap biedt bovendien een bestaand gebouw op de rioolwaterzuivering aan om te gebruiken als warmtestation. Blom: ‘De oude bassins van het waterschap worden gebruikt als warmtebuffer waardoor uiteindelijk voldoende warmte kan worden geproduceerd. Met deze bijdrage wordt ook het tekort aan netcapaciteit (terugleveren van energie) in de regio verkleind. Duurzaam opgewekte stroom wordt omgezet naar duurzame warmte.’
Lange adem Blom heeft ook tips voor andere waterschappen die geïnteresseerd zijn in aquathermie. ‘We focussen op projecten met een grote impact en met professionele partijen waarvan de gemeente bij voorkeur de regisseur is. Daarbij is van belang dat we van elkaar leren in plaats van meer capaciteit organiseren. Dat wil zeggen: juist niet alles tegelijkertijd doen, maar bewust kiezen voor het project met de grootst mogelijke impact. Idealiter lopen projecten achter elkaar aan, zodat dat wat je geleerd hebt verwerkt kan worden in het volgende project. De warmtetransitieprojecten vragen om een lange adem. Investeer daarom in de samenwerking. Tegenslagen zijn onderdeel van een groot project en het samenwerkingsverband moet hiermee om kunnen gaan.’
Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie (NPLW) In 2030 1,5 miljoen woningen en andere gebouwen verduurzamen en/of aardgasvrij maken, dat is de opgave. Het NPLW ondersteunt gemeenten in hun regierol om alle woningen en andere gebouwen aardgasvrij te maken. Door kennis en ervaring te delen en hulpmiddelen te ontwikkelen. En door te kijken wat belemmeringen zijn en daar oplossingen voor te zoeken. In samenwerking met alle partners. Gemeenten monitoren ook de voortgang in de warmtetransitie.