Tekst Jelle van der Meulen Beeld Dimitry de Bruin

Nieuwe stip op de horizon

Tekst Jelle van der Meulen Beeld Dimitry de Bruin

Interview

Nieuwe stip op de horizon

Op weg naar circulair en energieneutraal

De waterschappen scoren al jaren goed op duurzaamheid, maar reden om achterover te leunen is er niet. Een gesprek met Sander Mager en Dirk-Siert Schoonman, die meer willen dan alleen energie opwekken en besparen.

­Het hergebruiken van baggerslib, materialen maken van biomassa die vrijkomt bij het maaien van dijken of een rioolwater­zuiverings­installatie herbouwen met afval uit het riool: waterschappen zijn volop bezig met de transitie naar een circulaire economie. ‘Maar het gaat nog niet snel genoeg,’ zegt Sander Mager, bestuurslid van de Unie van Waterschappen en dagelijks bestuurslid bij waterschap Amstel, Gooi en Vecht. ‘De circulaire economie zit nog in de fase van experiment en onderzoek. Het is nu tijd om te versnellen, door te identificeren wat interessante transitiepaden zijn en te onderzoeken hoe je die kunt samenbrengen. Met een strategie circulaire waterschappen willen we dit jaar nog concreet maken hoe we onze circulaire doelen kunnen bereiken.’

Alles hergebruiken Om de transitie naar een circulaire economie te realiseren, volgen de waterschappen drie hoofdlijnen: gebruikmaken van duurzame bouwmaterialen, hergebruiken van materiaal voor het eigen onderhoud en materiaal winnen uit afvalstromen. ‘Uiteindelijk hoop ik dat we alles kunnen hergebruiken, maar daar gaat nog wel tijd overheen,’ aldus Mager. ‘We zitten nog hardnekkig vast in het primaire of lineaire systeem.’ Secundair of circulair is nu nog duurder dan primair en wet- en regelgeving is nog ingericht op het primaire systeem. ‘De circulaire transitie is een enorm veranderingsvraagstuk en 2030 (wanneer de waterschappen 50 procent minder primaire grondstoffen willen gebruiken) is al best dichtbij.’

Bewustwording Een bekend voorbeeld van de traag verlopende transitie is dat van struviet. Deze grondstof wordt gewonnen in rioolwaterzuiveringsinstallaties en is toe te passen in de landbouw en industrie. ‘Maar omdat het in aanraking is gekomen met ontlasting is wet- en regelgeving om het te gebruiken ontzettend streng,’ legt Mager uit. ‘Gebruik van struviet is natuurlijk ook een milieuvraagstuk, maar in de kern gaat het om een verandering van mindset. We kijken nu nog heel erg naar de bron, maar we kunnen ook kijken welke toepassingen er zijn voor een grondstof en welke eisen we daaraan stellen. Pas dan kun je echt circulaire stappen gaan maken.’ Bewustwording bij consumenten kan daar eveneens aan bijdragen, legt Mager uit. ‘Veel van onze circulaire plannen gaan over de afvalwaterketen. Als consumenten zaken door het toilet spoelen die ze eigenlijk op een andere manier zouden moeten weggooien, hebben wij er meer werk aan om bepaalde stoffen uit het water te halen. Die bewustwording mis ik nog wel. Een circulaire samenleving brengen we niet alleen als waterschappen teweeg. Iedereen moet meedoen, dus ook de consument.’

‘We willen substantieel bijdragen aan de CO₂-reductie’
‘Nederland zit hardnekkig vast in het lineaire systeem’

RES Op het gebied van duurzame energie hebben de waterschappen de afgelopen jaren flinke stappen gemaakt. Eind 2020 werd bekend dat ze al in 2019 het doel bereikt hadden om voor minstens 40 procent zelfvoorzienend te zijn via eigen duurzame energieproductie. ‘Dat vinkje hebben we gezet,’ lacht Dirk-Siert Schoonman, bestuurslid van de Unie van Waterschappen en dijkgraaf van waterschap Drents Overijsselse Delta. ‘Hoewel het altijd werk in uitvoering blijft: nieuwe technologieën brengen nieuwe processen met zich mee die soms juist weer meer energie kosten, dus moeten we blijvend kijken naar ons energieverbruik.’ Het doel om in 2025 energieneutraal te zijn is binnen bereik. ‘Het is positief dat we zo goed op weg zijn, maar we willen nu een volgende stip op de horizon,’ zegt Schoonman. ‘Hoe kunnen we bijvoorbeeld onze werken duurzaam aanbesteden? Hoe kunnen we het biogas uit het rioolwaterzuiverings­proces opwerken tot groen gas en zo bijdragen aan de energietransitie waarbij aardgas uiteindelijk uitgefaseerd wordt?’ De Regionale Energiestrategie (RES) is een goed voorbeeld van hoe waterschappen samen met andere partijen kunnen werken aan het realiseren van de klimaatdoelen. ‘De energietransitie komt niet vanzelf op gang; dat hebben we de afgelopen tijd wel gezien,’ meent Schoonman. ‘Waterschappen gaan natuurlijk niet direct over de aanleg van energie­netwerken of ruimtelijke ordening, maar we kunnen gemeenten en provincies wel ondersteunen en aanjager zijn. Wij willen onze terreinen en productie­processen betrekken bij de RES. Als wij een hoekje land over hebben bij een rioolwaterzuivering, kunnen we daar dan niet een stel windmolens plaatsen? Of kan ons oppervlaktewater via aquathermie warmte leveren voor de gasloze wijk?’

Verhoogde ambities Om samenwerking tussen overheden en andere partijen tot stand te brengen, is het zaak de komende jaren ontmoetings­plekken te creëren, vult Sander Mager aan. ‘Vragers en aanbieder vinden elkaar nog te weinig, of het nu gaat om circulaire economie of om andere duurzaamheidskwesties.’ Eind 2020 besloot de Europese Commissie om het streefdoel van 49 procent minder CO₂-uitstoot in 2030 te vervangen door 55 procent. Dat heeft gevolgen voor de waterschappen, weet Schoonman. ‘We willen meer doen dan alleen energie besparen en opwekken. We willen substantieel bijdragen aan de CO₂-reductie. Het nieuwe kabinet moet daarom goed inzichtelijk maken wat de verhoogde ambitie betekent voor Nederland. Dan kunnen wij als waterschappen op onze beurt zien wat wij voor Nederland kunnen betekenen.’

Gerelateerde artikelen

Deel dit artikel